Stakende buschauffeurs letterlijk in de kou

Mochten ze in januari nog naar binnen, stakende buschauffeurs staan dit keer buiten. De remise in Zwartsluis staat nu voor de tweede dag op rij vol met bussen. Slechts drie bussen lijken daadwerkelijk uitgereden te zijn.

Maatschappij-ontwrichtend, erkennen Erik van Es en Gerda Nijp, die met een CNV-jas aan buiten de remisehekken staan. “Maar daar is het ook een staking voor”, vindt Nijp. Gisteren stonden ze ook voor de poort, om inschrijfformulieren in te nemen van collega’s die meedoen aan de staking. Ook voor hen ging het hek niet open: alleen werkwillige chauffeurs mogen erin. “Dat zijn meestal uitzendkrachten”, vertelt Van Es.

Na de staking van januari werd een principeakkoord gesloten tussen de vakbonden en de werkgevers. Leden van zowel CNV en FNV wezen dat af. “Het was niet voldoende”, legt Van Es uit. “En dat gaat het vooral over de werkdruk. We moeten 4 uur sturen achter elkaar, we hebben geen tijd voor aansluitingen, niet voor het toilet en laat staan koffie. Maar er wordt wel van ons verwacht dat we klantvriendelijk zijn.”

Ook over het loon, dat met iets meer dan 8 procent omhoog zou gaan, zijn de chauffeurs niet tevreden. “Dat werd uitgesmeerd over drie jaar en dan ging het nog gefaseerd. Men probeert het alleen maar aan alle kanten af te breken”, stelt Van Es. Hij vindt dat er ook naar de overheid gekeken moet worden. “Die besteedt het aan. Het is een race naar de bodem, alles moet steeds goedkoper, dat zie je overal, ook in de zorg.”

Dat er toch een paar bussen zijn uitgereden, noemt hij ‘niet verantwoord’ van Connexxion. “Tegenhouden wordt niet gedaan, iedereen heeft het recht om te werken. Maar nu schep je een verwachting die niet waargemaakt kan worden. Mensen lopen het risico dat ze wel weggebracht worden, maar niet weer terugkomen.”

Nijp vindt het belangrijk dat de bonden (FNV dn CNV) samenwerken, zoals ook nu gebeurt. “We nemen bijvoorbeeld elkaars formulieren aan. Als je lid bent van verschillende bonden, kun je ook echt een vuist maken. Chauffeurs zijn bereid om voor elkaar te gaan staan.” Ook in herfstachtig weer, zo blijkt.